Een gang met tongewelf leidt van de Gründergruft of Engelsgruft naar de Leopoldsgruft. De hoogbarokke zaal strekt zich, west-oost georiënteerd, uit onder het hoofdschip van de kerk. Vier machtige pijlers met een vierkante basis verdelen het in drie beuken, waardoor een haleffect ontstaat. Op de wanden en hoeken rust het kruisgewelf op pilasters waarvan de sokkels en steunen rijkelijk geprofileerd zijn. Het gewelf wordt losgemaakt door rond stucwerk. De Leopoldsgruft loopt taps toe naar het westen en leidt via een gewelfd gewelf naar de platte Karlsgruft.
Foto: Sarcofagen Leopoldsgruft
Bron: wien-erleben