Toen aartshertogin Sophie, de moeder van de 22-jarige keizer Franz Joseph, vond dat het tijd was dat haar zoon ging trouwen, ging ze opzoek naar een bruid. Haar keus viel op de oudere zus van Elisabeth, Helene in Beieren, ‘Nene’ zoals zij genoemd werd. Elisabeth was toen 15 jaar oud en een puberende wildebras. Elisabeth had op dat moment haar eerste liefdesverdriet gehad en ze had voor haar leeftijd de gebruikelijke problemen. Om haar op andere gedachten te brengen en om de aandacht van Franz Joseph zijn jongere broer, Karel Lodewijk, te trekken, mocht Elisabeth mee op de verlovingsreis van haar zus naar het keizerlijk zomerverblijf in Bad Ischl.
Maar Elisabeth betoverde de keizer met haar spontane natuurlijkheid en haar ongekunsteld optreden. Keizer Franz Joseph zag Helene niet staan, hij werd smoorverliefd op de jonge Sisi. Twee dagen na hun eerste ontmoeting stond de verloving tussen keizer Franz Joseph en Elisabeth vast. Elisabeth werd overrompeld door deze gebeurtenissen. Zij werd halsoverkop verliefd op de jonge, knappe keizer en ze voelde zich zonder twijfel door zijn huwelijksaanzoek zeer gevleid. Maar toch had Elisabeth een voorgevoel, dat haar plaats aan zijn zijde nu niet bepaald onbezorgd zou zijn.
“Was hij maar kleermaker”
Zuchtte ze en bewees daarmee, dat zij hem als man echt lief had en dat zij haar verheffing tot keizerin eerder belastend dan als begerenswaardig ervoer. Bij haar beslissing t.o.v. Franz Joseph kon er geen twijfel bestaan. ‘Een keizer laat je geen blauwtje lopen’ Constateerde haar moeder, Ludovika en daarmee was de kous af.
Sisi gaf uit liefde haar woord aan Franz Joseph en ze was vast van plan een goede vrouw en kameraad voor hem te zijn.